De printer repareren
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de printer moet vervoeren wanneer deze moet worden gerepareerd.
Belangrijk
-
U kunt geen inkt uit inkttanks halen.
-
Zorg dat de tankkapjes van de inkttanks goed zijn gesloten. Als de tankkapjes open staan, sluit u de tankkapjes goed.
-
Druk op de knop AAN (ON) om de printer uit te schakelen terwijl de printkoppen nog in het apparaat zitten. De printer beschermt de printkoppen door ze automatisch te bedekken zodat ze niet uitdrogen.
-
Verwijder de printkoppen niet. Er kan inkt lekken.
-
Als het binnenste van de printer vuil wordt, maakt u het schoon met een zachte doek die u met water nat maakt en stevig uitknijpt.
-
Wanneer u de printer vervoert, moet u de printer in een plastic zak stoppen, zodat er geen inkt lekt.
-
Pak de printer in een stevige doos in en zorg dat de printer rechtop staat (de onderzijde bevindt zich aan de onderkant). Gebruik voldoende beschermend materiaal om een veilig transport te garanderen.
-
Zorg dat u de printer niet kantelt, anders kan er inkt lekken.
-
Wanneer u de printer opstuurt via een verzendbedrijf, vermeldt u de tekst 'DEZE ZIJDE BOVEN' op de doos om te zorgen dat de printer met de onderzijde omlaag wordt gehouden. Vermeld ook de tekst 'BREEKBAAR' of 'VOORZICHTIG' op de doos.
-
Ga voorzichtig te werk en zorg dat u de doos horizontaal houdt en NIET ondersteboven of op zijn kant zet, aangezien in dat geval de printer kan beschadigen en inkt in de printer kan lekken.
De printerstatus controleren
-
Als de printer niet wordt ingeschakeld:
Ga naar Inktklepje sluiten.
-
Als de printer is ingeschakeld:
Als het Alarm-lampje niet brandt, gaat u naar Printer instellen op de transportmodus.
Als het Alarm-lampje brandt, drukt u op de knop OK op de printer.
Als het Alarm-lampje uitgaat, gaat u naar Printer instellen op de transportmodus.
Als het Alarm-lampje niet uitgaat, drukt u op de knop AAN (ON) om de printer uit te schakelen en gaat u vervolgens naar Inktklepje sluiten.
Inktklepje sluiten
-
Controleer of het AAN (ON)-lampje niet brandt en haal de stekker uit het stopcontact.
Belangrijk
- Als het AAN (ON)-lampje van de printer brandt of knippert, mag u de stekker niet uit het stopcontact halen. Dit kan namelijk storingen of schade aan de printer veroorzaken waardoor u niet meer met de printer kunt afdrukken.
-
Open de scaneenheid / klep.
-
Duw de hendel van het inktklepje stevig naar links.
Ga naar Printkophouder beveiligen.
Printer instellen op de transportmodus
-
Druk op de knop Instellingen (Setup), gebruik de knop
om Onderhoud (Maintenance) te selecteren en druk daarna op de knop OK.
-
Gebruik de knop
om Transportmodus (Transport mode) te selecteren en druk daarna op de knop OK.
-
Gebruik de knop
om Ja (Yes) te selecteren en druk daarna op de knop OK.
Opmerking
- De printer wordt automatisch uitgeschakeld wanneer de transportmodus wordt geopend en de procedure wordt uitgevoerd.
-
Open de scaneenheid / klep.
-
Duw de hendel van het inktklepje stevig naar links.
-
Sluit de scaneenheid / klep voorzichtig.
De printer wordt uitgeschakeld.
-
Controleer of het AAN (ON)-lampje niet brandt en haal de stekker uit het stopcontact.
Belangrijk
- Als het AAN (ON)-lampje van de printer brandt of knippert, mag u de stekker niet uit het stopcontact halen. Dit kan namelijk storingen of schade aan de printer veroorzaken waardoor u niet meer met de printer kunt afdrukken.
Ga naar Printkophouder beveiligen.
Printkophouder beveiligen
-
Open de scaneenheid / klep opnieuw als deze is gesloten.
-
Zorg dat de printkophouder helemaal naar rechts is verplaatst.
Als de printkophouder niet rechts zit, verplaatst u deze helemaal naar rechts.
Als de printkophouder niet beweegt, gaat u door naar stap 4.
-
Verwijder de wagenstop (A) en plaats deze stevig in het gat.
Trek de wagenstop naar u toe en omhoog en plaats deze opnieuw in dezelfde afdrukstand.
-
Zorg dat de tankkapjes goed zijn gesloten.
-
Sluit de scaneenheid / klep voorzichtig.
Ga naar Printer inpakken.
Printer inpakken
-
Trek de papieruitvoerlade en het verlengstuk van de uitvoerlade in.
-
Trek de papiersteun in en sluit deze.
-
Koppel de kabel en het netsnoer los.
-
Zet met plakband alle kleppen van de printer vast, zodat deze niet kunnen opengaan.
-
Plaats de printer in een plastic zak.
Verzegel de opening van de plastic zak met de tape of bindt deze stevig vast, zodat er geen inkt lekt.
-
Plaats de printer in de doos.
Bevestig het beschermende materiaal aan de printer om deze veilig in de doos te verpakken.